Zondag de Dertiende

In de voorbereidingen voor deze reis is mijn boze droom dat één van ons zessen averij op zou lopen kort voor vertrek.
Vannacht rond drie uur kregen we een telefoontje dat Jan in Alphen met de fiets gevallen was. Resultaat was serieuze schade aan kind en fiets. De politie had Jan al naar de EHBO van de Reuverfeesten gebracht en daar was hij al aardig afgeplakt met pleisters. Maar om het zekere voor het onzekere te nemen hebben we hem op de Eerste Hulp van het TweeStedenziekenhuis laten bekijken. Toen we om 5 uur vanmorgen weer in ons bed kropen wisten we in ieder geval zeker dat er niets gebroken was maar zijn hand "alleen" maar flink gekneusd is en dat alle schaafwonden op gezicht en handen voorzien zijn van een knap korstje tegen de tijd dat we in de tropen arriveren. De diepere wond op zijn kin is niet te hechten dus Jan hoopt dat het litteken op zijn kin tot één van de zeven schoonheden behoort. Dus gelukkig geen gips en geen draadjes. Zijn bril, die we vanmorgen bij daglicht uit de bosjes gevist hebben, is wel beschadigd. Gelukkig heeft hij een zonnebril op sterkte. En met zijn Ray-Ban op en een beschadigd gezicht ziet hij er wel ruig uit. Maar niet zo ruig dat ik er een foto van mag maken. En om zijn goede naam te zuiveren: Het was geen gevalletje overmatig pilzen maar stomme pech.